De toren van Eenrum, gezien vanaf het water van de Eenrummer Maar |
Ook het verpleeg- en verzorgingstehuis in Eenrum draagt deze naam: Aagtsheem.
Maar hoe komt het dat de naam Aagt (= een ouderwetse vrouwennaam, zie ook Agatha) zo sterk verbonden is met Eenrum?
Aagt van Eenrum
Aagt was gezond maar arm. Zij bezat niets op de wereld. En in Eenrum was dat iets bijzonders, want daar waren vroeger alle mensen rijk. Daarom mocht Aagt ook niet arm blijven. Die gedachte kon niemand verdragen.
In die dagen lag er bij Eenrum een groot stuk land dat nog geen naam had. Het was van niemand en diende als vogelweide.
Het land lag ook maar laag. Het was groot genoeg voor Aagt. Daar waren de Eenrummers het wel over eens.
Alleen, ze moest er wat voor doen. Niks voor niks was ook toen al een bekend gezegde.
De mannen wilden het haar niet te moeilijk maken; ze moest een keer van voren naar achteren door de kerk lopen.
"Als dat alles is...," zei Aagt.
Maar de kerk moest wel vol zitten.
"Nou, wat zou dat?"
En ze moest zich wel eerst spiernaakt uitkleden.
Daar werd ze stil van.
De mannen keken haar hoopvol aan.
Aagt was lang genoeg arm geweest.
"Ik doe het!" riep ze.
De volgende zondag stroomde de kerk vol.
Aagt deed het op een holletje, de ene deur in, de andere uit. Maar de kerkgangers hadden alle gelegenheid hun ogen de kost te geven.
Aagt sloeg zich op de borst en op haar achterste, en zei: "Van voren Aagt, van achteren Aagt en het hele Eenrummer Aagt is van Aagt!"
Zo had dat land meteen een naam. Het heet daar nog altijd 't Aagt.
Een oude spelwijze van de naam is 'Aech' (klauwboek Tjassens; 1566 en 1619). De naam Aagt betekent waarschijnlijk 'laag gelegen land omgeven door water', verwijzend naar de soms onder water lopende laag gelegen meenschaar. Een andere verklaring stelt Aagt gelijk aan 'oog' ofwel eiland: 'land omgeven door water'. Volgens deze laatste verklaring zou 't Aagt vroeger een eiland in de Hunzeboezem zijn geweest met een breedte van ongeveer 1500 schreden ofwel ongeveer 500 meter. Het zou gelegen hebben ten westen van de boerderijen Berum en Den Oever ten noorden van de huidige streek.
Er is echter ook een volksverhaal over een arme meid genaamd Aagt die maagd was en deze streek van '30 bunder' (60 jukken) zou hebben verkregen door in ruil hiervoor naakt tijdens een volle kerk door de kerk van Eenrum te lopen. Volgens het verhaal hadden de lokale kerkvoogden haar hiertoe uitgedaagd. Volgens een andere versie zou ze dit gedaan hebben om het te behouden nadat ze de pacht voor het stuk grond niet meer kon betalen. Ze zou rennend door de kerk zijn gegaan, zichzelf op de billen en borst hebben geslagen en daarbij geroepen hebben 'van veuren Oagt, van achteren Oagt. En het haile Aindrommer Oagt is van Oagt'. Op haar grafsteen zou een gedicht zijn geplaatst:
"Hier ligt begraven Aagt. In leven was zij maagd.
Dat zij nooit is getrouwd, dat heeft haar niet gespeten.
Maar dat zij niet werd gevraagd, dat kon ze niet vergeten."
Volgens het volksverhaal werd er echter later een nieuwe kerkvloer gelegd, waaronder deze grafsteen zou zijn verdwenen.
Nog 2 stoere vrouwen, dochter Charlotte en kleindochter Jade (6) zwemmend in de Eenrummer Maar |
2 opmerkingen:
Gespeten moet volgens het rijmschema berouwd zijn, in het gedicht..
De eilandverklaring vind ik heel wat plausibeler, moet ik zeggen. :-)
gespeten - vergeten ;-)
Een reactie posten